Mohamed Mbougar Sarr over zijn totaalroman
‘Ik strijd tegen versimpeling van de literatuur”, houdt hij zijn publiek in Nancy voor, „ik voer sinds kort een kruistocht tegen degenen die in twee zinnen willen zeggen waar een boek over gaat”. Zijn toehoorders staren Mohamed Mbougar Sarr lichtelijk verbaasd aan, je ziet ze denken: maar iedereen wil toch weten waar een boek over gaat?
Hoe gerechtvaardigd die wens van een boekenkoper ook is, Sarr maakt er een punt van. Ook in zijn vuistdikke roman De diepst verborgen herinnering van de mens, vorig jaar bekroond met Frankrijks belangrijkste literaire prijs de Prix Goncourt, neemt hij stelling. Zo betoogt een van zijn personages dat alleen een slecht boek of een middelmatig boek een onderwerp heeft, een echt groot boek gaat nergens over, en toch zit alles erin.
Vertellen wat er in De diepst verborgen herinnering van de mens zit, is geen sinecure. Je zou kunnen zeggen dat het een ‘totaalroman’ is, een labyrintisch meesterwerk, een eindeloze kluwen van in elkaar grijpende verhalen en een liefdesverklaring aan de literatuur. Maar het is ook de zoektocht naar een verdwenen auteur die een meesterwerk schreef, een grote prijs in de wacht sleepte, van plagiaat werd beschuldigd en spoorloos verdween. In de roman heet die schrijver T.C. Elimane, in werkelijkheid heette hij Yambo Ouologuem, en kreeg hij in 1968 de Prix Renaudot.
Hoe kruiste uw weg die van de Malinese schrijver Yambo Ouologuem?
„Op het lyceum in Senegal was ik bevriend met een docent die me veel over Ouologuem vertelde, hij zei dat ik zijn roman echt moest lezen en beloofde het boek mee te nemen. Maar hij kon het niet meer vinden. Iedere dag zei hij: morgen neem ik het mee. Ik werd natuurlijk steeds nieuwsgieriger. Toen hij het me eindelijk gaf, was het een voddige, ingekorte versie, met uitgescheurde pagina’s en bladzijden op zijn kop. Maar zelfs in die vorm kon ik al zien dat het iets heel bijzonders was.”
Waarom fascineerden Ouologuem en zijn geschiedenis u zo?
„Hij en ik zijn verbonden door de waarde die wij aan literatuur hechten. Zijn vragen zijn de mijne. Als je een boek schrijft dat wezenlijk is voor jezelf, eist dat in ruil iets van je op. Ik bespeurde in zijn boek een faustiaans pact. Als je een boek schrijft dat polemisch is, politiek en persoonlijk, dan is er altijd iets wat datzelfde boek je ontneemt. Bij Ouologuem was dat zijn carrière, eigenlijk zijn hele leven. Hij is ook het symbool van de route die veel Afrikaanse schrijvers in Frankrijk hebben afgelegd, de manier waarop ze werden geredigeerd, uitgegeven, gelezen, bekroond of niet.”
Verder lezen: