Goncourt 2015: Boussole van Mathias Enard
Vandaag werd Boussole van Mathias Enard bekroond met de prix Goncourt 2015 – een zeer verdiende prijs voor een rasverteller. In zijn overvolle roman geeft Mathias Enard het woord aan zijn alter ego Franz Ritter, net als hij een kenner van de Arabische landen en hun cultuur, musicoloog en erudiet en gretig lezer. Ritter, die in Wenen woont, poort tussen Oost en West, heeft net te horen gekregen dat hij aan een dodelijke ziekte lijdt.
In een lange koortsige nacht trekt zijn leven aan hem voorbij: zijn vele reizen door Turkije, Syrië, Libanon, Iran en Irak, alle verhalen die hij hoorde, de onderzoekers die hij ontmoette en het parcours dat hij aflegde met Sarah, zijn grote liefde. Beiden hebben zich een leven lang verdiept in de invloed van ‘de Oriënt’ op de geschiedenis van Europa, op haar muziek, literatuur en historie.
Hij herinnert zich zijn eerste opiumpijp, die een eeuwig verlangen naar harmonie en kruisbestuiving in hem opriep. Hij had het gevoel dat een weefsel van literaire teksten (Musset, Lamartine, Nerval en veel andere klassieken) aanlsoot bij een wereld van reizigers en musici. Precies zo’n literair en muzikaal weefsel presenteert Enard ons. En zo trekt dat panorama van kruisbestuiving aan de lezer voorbij, van Beethoven tot Balzac, Mozart, Pessoa, Annemarie Schwarzenbach, Novalis, Nietzsche, Berlioz, Trakl, Hofmannstal en vele vele anderen. Erudiet is Enard, van een enorme belezenheid. Dat ervoer ik een paar jaar geleden ook toen ik hem uitnodigde voor een dîner in het Parijse restaurant La Coupole. Wat ik me vooral herinner zijn de vele keren dat ons gesprek werd onderbroken voor lang-zal-die-levens, waarbij het licht steeds uitging, de obers met ijstaart met kaarsjes binnenkwamen en de jarige door het hele restaurant luidkeels werd toegezongen. Het was zo een hilarisch dîner waarbij Enard en ik de slappe lach kregen.
In Boussole – een referentie aan een zogenaamd kompas van Beethoven dat niet naar het noorden wijst, maar naar het oosten – laat Enard ons in een waaier van anekdotes en verhalen door de eeuwen heen zien hoe de Europeaan naar de Oriënt heeft gekeken en vice versa. Welke fantasmen en welke clichés hebben er eeuwenlang gegolden? ‘Visions de l’autre entre Orient et Occident’ luidt de titel van Sarah’s proefschrift.
Enards stijl is poëtisch en persoonlijk, doordrenkt van melancholie en weemoed, zijn zinnen rijgen zich zonder witregels aan elkaar in een vloeiende monologue intérieur van herinneringen en voorbije verlangens. Als een hedendaagse Balzac creërt Enard het ene kleurrijke personage na het andere. Neem de Oostenrijkse archeoloog Bilger die zijn verteller wegwijs maakt in Istanboel en later waanzinnig wordt. Maar Enard trekt de lijnen ook door naar het heden. Zo legt hij en passant uit waarom radicale islamisten de eeuwenoude heiligdommen van Palmyra vernietigen. Als een hedendaagse Balzac creërt Enard het ene kleurrijke personage na het andere. Een fantastische literaire roman.
Wie enorme angst heeft voor alles wat uit het Midden-Oosten komt, heeft het mis, was wat Enard vlak na de bekendmaking van de Goncourt zei, vanmiddag rond half twee. ,,We moeten tijd vinden om een en ander goed te overdenken.” Wie rustig gaat zitten om de roman van Enard te savoureren, heeft geen andere keuze.