Gil Courtemanche overleden
Afgelopen vrijdag stierf, naar nu bekend is geworden, de Franstalige Canadese journalist en schrijver Gil Courtemanche, op 68-jarige leeftijd. Hij leed al jaren aan keelkanker en kon de laatste tijd niet meer spreken – terwijl er weinig was dat hij liever deed dan dat. Een gesprek met hem was overdonderend: altijd was hij boos of verontwaardigd over wat er aan onrecht in de wereld gebeurde. Bitter en scherp veroordeelde hij, met zijn raspende rokersstem en grijpend naar zijn altijd volle glas, de moordenaars van Rwanda, een corrupt Afrikaans regime of de foute beslissing van een rechtbank.
Vanaf zijn twintigste werkte Courtemanche als journalist, de laatste vijf jaar vooral in Montreal, voor dagblad Le Devoir. Hij schreef in eerste instantie essays en columns, gebundeld onder de titel Douces colères (Zachte woede), gevolgd door Nouvelles douces colères (Nieuwe zachte woede); en boeken over (inter-)nationale politiek, Québec en de democratie. Al jong kreeg hij de reputatie van linkse, militante vrijdenker, die nooit een blad voor de mond nam en in wiens woordenboek het woord nuance niet voorkwam. Als voormalig marxist beoefende hij ‘le journalisme utile’, nuttige, geëngageerde journalistiek, zei hij in een interview met deze krant. Hij was journalist geworden omdat hij ‘de wereld wilde veranderen’. Hij geloofde dat ‘het informeren van mensen’ zou leiden tot ‘verandering, tot vooruitgang. Als journalist moet je in eerste instantie burger zijn. Je bent de ogen en oren van het volk en dus ben je per definitie politiek geëngageerd, progressief, tegen onvrijheid, tegen onrechtvaardigheid.” Québec herdenkt hem dan ook als een groot schrijver en een voorbeeld voor jonge journalisten: zijn werk was ‘een aanklacht’ en droeg ‘het stempel van menselijkheid’.
Voor de Quebecse radio en televisie ging hij in de jaren zestig naar de VS, daarna naar Vietnam, Noord-Ierland en Libanon. In 1984 bezocht hij voor het eerst Afrika en deed hij verslag van de hongersnood in Ethiopië. Later maakte hij, in opdracht van niet-gouvernementele hulporganisaties in Kenia, Ivoorkust, Oeganda en Rwanda een documentaire over aids. Na de genocide in Rwanda ging Courtemanche terug en interviewde honderden overlevenden.
Hun verhalen vormen de basis van zijn eerste roman, Een zondag aan het zwembad in Kigali (2000), die in twintig talen werd vertaald. Het boek werd in 2006 door Robert Favreau verfilmd, net als zijn tweede roman Une belle mort (2005). Bovendien trok het Internationaal Strafhof in Den Haag hem aan als adviseur. Sporen van zijn verblijf in Den Haag zijn terug te vinden in zijn roman De wereld, de hagedis en ik (2009). Zijn laatste boek, een roman over zijn ziekte en de gelijktijdige scheiding van zijn vrouw, draagt de bittere titel Je ne veux pas mourir seul (Ik wil niet alleen sterven).